Afvalstoffenheffing

Afvalstoffenheffing wordt in rekening gebracht voor het ophalen en verwerken van huishoudelijk afval. Bij de afvalstoffenheffing wordt een tariefsdifferentiatie toegepast. Dat wil zeggen dat onderscheid wordt gemaakt in een tarief voor een éénpersoons- en een tarief voor een meerpersoonshuishoudens. De verhouding tussen één- en meerpersoons-huishoudens is ongeveer 35% éénpersoons- en 65% meerpersoonshuishoudens.

De studentenwoningen aan de Dalsteindreef en de studentenflats aan de Rode Kruislaan en Bergwijkdreef (containerwoningen) nemen we niet bij de berekening van het tarief. De eigenaar van deze complexen zorgt zelf voor de verwijdering van de afvalstoffen.

De geraamde kosten vormen de basis voor de berekening van de gewenste opbrengst voor 2023. Uitgangspunt is 100% kostendekkendheid. Sinds 2018 worden de kosten voor kwijtschelding niet meer meegenomen in de tariefstelling.

Voorstel is het tarief afvalstoffenheffing conform de prijsindexering met 3,0% te verhogen.

Voor de egalisatie van het tarief afvalstoffenheffing is een egalisatievoorziening in het leven geroepen. Omdat in 2019 de ‘Egalisatievoorziening afvalstoffenheffing’ niet toereikend was om het exploitatietekort op afval te dekken is € 114.000 ten laste gebracht van de algemene middelen. Het tekort in 2019 kwam mede door de door het Rijk verhoogde belasting op het verbranden van restafval. Vervolgens heeft de coronacrisis gezorgd dat er veel meer afval is verzameld en verwerkt. Dit resulteerde in 2020 en 2021 tot extra explotatietekorten die niet door het tarief werden gecompenseerd. Daardoor hebben in zowel 2020 als 2021 onttrekkingen uit de algemene reserve plaatsgevonden. Totaal is er € 502.000 uit de algemene middelen ingezet om de exploitatie van het afval kostendekkend te houden.

Deze verrekening met de algemene middelen zouden als gevolg van het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid op enig moment weer teruggestort moeten worden naar de algemene middelen. Het college stelt voor dit niet alsnog te doen en daarmee het tarief niet extra te verzwaren (verhogen).

Op basis van de beschikbare gegevens zijn in deze begroting de tarieven voor 2023 berekend. Bij een prjsindexering van 3,0% is het voorgestelde tarief in deze begroting meer dan kostendekkend. In de huidige berekening wordt er jaarlijks € 110.000 gestort in de egalistievoorziening. Dit is ook nodig want de 'Egalisatievoorziening afvalstoffenheffing' dient weer aangevuld te worden zodat we eventuele toekomstige negatieve effecten weer kunnen verrekenen met de egalisatievoorziening.

Het is sowieso lastig om een betrouwbare berekening te maken in de huidige economische situatie. De prijsinflatie fluctueert stevig en is behoorlijk hoog. Wellicht is de extra geraamde dotatie in 2023 al nodig om dergelijke risico's op te vangen.

Nieuw in de kostenberekening van het tarief afvalstoffenheffing is de toerekening van (her)straatwerkzaamheden bij de plaatsing van ophaalcontainers. Jaarlijks werden deze kosten meegenomen in het reguliere herstraatwerk. Bij het opstellen van het groot onderhoudsplan openbare ruimte bleek dat er jaarlijks gemiddeld € 75.000 aan kosten wordt gemaakt voor herstraatwerkzaamheden voor de ophaalcontainers. Voorstel is deze kosten vanaf 2023 mee te nemen in de tariefstelling van de afvalkosten.

Onderstaande tabel en grafiek geven u inzicht in de kosten die meegenomen worden bij de bepaling van het tarief.